Rijtuig 208 werd in 1955 door Beijnes Beverwijk afgeleverd als CKD 6908. Later werd het rijtuig verbouwd tot RD, waarbij de coupe’s vervielen en een open restauratie werd gecreeerd. Met invoering van de UIC-nummering kreeg het rijtuig het nummer 50 84 87-37 208-0. In deze toestand heeft het rijtuig tot 1987 dienst gedaan. Hieronder een soortgenoot, de 226, te Amsterdam CS.
In 1979 besloot NS tot de bouw van een tweetal verblijfswagens voor de ongevallentreinen van Eindhoven en Utrecht. Deze rijtuigen zouden de ongevallenploeg de beschikking geven over een was- en kleedruimte, schaftruimte en een toilet. De uit de reizigersdienst afgevoerde rijtuigen Plan N en Plan K bleken echter in een zodanig slechte staat dat de plannen in de ijskast gingen. Met de afvoer van Plan E werd het plan uit de kast gehaald en heeft men gekozen voor 2 Plan E-RDz rijtuigen als basis voor de nieuwe ongevallen verblijfswagens. Het rijtuig van de SHD kwam begin januari 1989 op de baan als verblijfsrijtuig van de Utrechtse ongevallentrein onder nummer 80 84 978 2 506-3.
De indeling van het rijtuig werd behoorlijk veranderd: de bagageafdeling werd opgedeeld in een was- en kleedruimte, een generatorruimte en een bergruimte. De oude keuken verdween en werd opgedeeld in een commandoruimte en een chemisch toilet. Tenslotte verdween een aantal zitplaatsen voor de aanleg van een nieuwe keuken.
Nadat de Utrechtse ongevallentrein was vervangen door vrachtauto’s, werd het verblijfsrijtuig terzijde gesteld op Zwolle Rangeerterrein. Later werd het gebruikt voor oefeningen van de hulpdiensten in het Naardermeer, waarna het op de Railpro-bovenbouwwerkplaats Crailoo terechtkwam.
Op 25 april 2004 nam de SHD het rijtuig onder haar hoede en vervoerde het naar Groningen. Daar zijn vele ruiten, ramen en deuren vervangen door exemplaren uit de gesloopte fietsenrijtuigen, waardoor het rijtuig weer grotendeels “waterdicht” was.